Vlaanderen doet het niet altijd beter: zo zijn er problemen in de kinderopvang, het onderwijs, de sociale huisvesting, het stikstofbeleid. Wanneer op één van de nieuwere beleidsdomeinen – zoals de enkelbanden bij Justitie – schijnbaar successen worden geboekt, dan zou je toch eerder een “hoera”-stemming verwachten. Maar dat blijkt niet meteen het geval: waarom toch?
Deze week werd bekend dat er in Vlaanderen meer dan 1,700 mensen dagdagelijks met een enkelband worden opgevolgd, een absoluut record (NB 9 februari 2023). En dit gebeurt zonder noemenswaardige problemen: tot dusver lezen we weinig over incidenten en de oppositie in het Vlaams Parlement legt de Vlaamse regering op dit vlak niet meteen het vuur aan de schenen. Kortom: alle ingrediënten lijken aanwezig om de eigen werking in de verf te zetten. Waarom klopt de Vlaamse minister van Justitie zich dan niet wat meer op de borst?
Ze lijkt eerder het tegenovergestelde te doen: al ruim twee jaar lang horen we dat de enkelband de uitzondering moet worden, dat we selectiever moeten zijn en strenger moeten optreden bij overtredingen, dat de enkelband een gunst moet zijn, en vooral ook: dat Vlaanderen niet de druk op de federale gevangenissen wil verlichten (zie hierover ook “Een enkelband voor de enkeling?” of “De enkelband heeft het verkorven”).
Eén en ander valt uiteraard niet los te zien van de ruimere politieke context die vorige week, met de oproep voor een maximale Vervlaamsing van Justitie (zelfs met inbegrip van het federale zorgenkind, de gevangenissen) prominent in de verf werd gezet (zie bv DS 2 februari 2023). Vanuit die optiek moet de blik uiteraard gericht blijven op wat er mogelijks fout loopt. Meer Vlaanderen zou dan een uitweg bieden, zo luidt de conclusie.
Is dat zo? Mogelijks wel. Maar dat zal dan toch vooral afhangen van de plaats die de enkelband in de toekomstvisie op een Vlaamse justitie zou krijgen. Indien de enkelband daadwerkelijk de uitzondering moet worden (zoals de minister meermaals en bij herhaling heeft bepleit), dan zal de druk op de gevangenissen wellicht verder toenemen. En laat nu net de Vlaamse gevangenissen kreunen onder de overbevolking in dit land (kijk maar naar de recente wantoestanden in Gent). Waarom zou dit anders zijn onder een Vlaamse minister? Zou ook een Vlaamse minister niet op dezelfde weerstanden botsen en gelijkaardige vertragingen oplopen op vlak van gevangenisbouw, als we de afgelopen 15 jaar hebben gezien, sinds de lancering (in 2008) van het eerste federale Masterplan voor de gevangenissen? Zou ook die Vlaamse minister haar tanden niet stukbijten op “NIMBY” (“Not In My Backyard”), zoals de huidige federale minister dat ervaart bij de uitrol van de detentie- en transitiehuizen? En wat met de Europese context: zou Vlaanderen dan frontaal met de Raad van Europa willen botsen, die net oproept om meer in te zetten op gemeenschapsstraffen en capaciteitsbegrenzing?
In de kritiek op de enkelband deze week werd ook over het muurtje gekeken, naar onze Noorderburen: “Op jaarbasis waren dat er 5.200 in 2022 voor Vlaanderen alleen. Ter vergelijking: in Nederland waren dat er 2.000 minder”, zo stelde minister Demir (NB 9 februari 2023). De boodschap lijkt dat ook wij het best met wat minder kunnen doen. Dat Nederland minder mensen onder toezicht plaatst, klopt. Maar verschillende stemmen in Nederland pleiten al langer voor een uitbreiding van wat ze ginder ‘elektronische monitoring (EM)’ noemen (in het bijzonder om de korte detenties terug te dringen, zie hierover mijn eerdere blog post). Reclassering Nederland maakte van de afgelopen septembermaand een “septEMbermaand”: het lanceerde een grootscheepse campagne om de enkelband (vandaar “EM” in kapitale letters) net méér onder de publieke aandacht te brengen. Onze noorderburen experimenteren ook volop, onder meer met de alcoholmeter. Kortom, het blijft een gemiste kans: Vlaanderen had de zesde staatshervorming en de groei van de enkelband (en de andere gemeenschapsstraffen) net kunnen aangrijpen om volop de kar te trekken van die gemeenschapsgerichte justitie en daar een toekomstgericht project rond uit te werken. Waar blijft dat verhaal van de Vlaamse Justitie?
Wie meer wil lezen over de ontwikkelingen rond de enkelband, zie ‘Misdaad & straf in onrustige tijden’ of ‘Electronic monitoring: tagging offenders in a culture of surveillance’. De foto van de riem hieronder (het gaat om één van de eerste toestellen waarmee aan elektronisch toezicht werd gedaan) werd genomen in de woning van Robert Gable, één van de uitvinders van het elektronisch toezicht, in Berkeley, California op 29 april 2022.
